maandag 21 januari 2013

Pin It


Get Gadget

Obligaties: Een veilige haven?





Nu spaarrekeningen niets meer opbrengen proberen beleggers extra rendement te halen door obligaties te kopen. Is dit wel zo verstandig?


Obligaties: Wat zijn dat?

Als een bedrijf geld nodig heeft, om bijvoorbeeld een fabriek te bouwen, kan het obligaties uitgeven. Dit is schuldpapier en dit papier geeft recht op een coupon. Stel, een virtueel bedrijf genaamd Hofman en Co, wilt een nieuwe fabriekshal bouwen. Het bedrijf heeft hiervoor 1 miljoen euro nodig. Het kan dit geld gaan lenen bij de bank, het kan dit geld ook zelf verdienen of het kan obligaties uitgeven. Het gaat hiermee letterlijk naar de markt, mensen die geld hebben willen dat wel geven aan dat bedrijf. In ruil krijgen ze een papier in handen dat zegt dat binnen een termijn, neem nu zes jaar, ze hun geld terugkrijgen. En ieder jaar krijgen ze een vergoeding, neem nu 5%. Indien het bedrijf na zes jaar voldoende geld heeft verdiend, betaald het zijn schuld terug. Indien het bedrijf echter niet voldoende geld heeft kan het failliet gaan. Obligaties zijn dus niet 100% veilig en gedekt. Indien het bedrijf het faillissement aanvraagt zijn obligatiehouders bevoorrechte schuldeisers op de aandeelhouders. Maar ook hier moet men dus niet zomaar alles kopen. Van belang is de cashflow, hoeveel geld komt er binnen in het bedrijf en is dit voldoende om de schuld terug te betalen. Hoeveel eigen vermogen is er? Hoeveel activa met waarde staan er op de balans.

Obligaties: het rendement

Als een bedrijf geld ophaalt zal het jou vergoeden. Maar hoeveel vergoeding wil je? Om te beginnen wil je altijd minstens de veilige rente. Dit is de rente op een overheidsobligaties. Waarom? Indien je die koopt zie je zeker je geld terug. Indien je echt die obligatie van het bedrijf koopt zie je niet altijd je geld terug. Je neemt dus risico en dat risico moet vergoed worden. Je eist dus een risicopremie. Je eist ook een premie indien de looptijd langer is. Voor particulieren heb je dan het brutorendement, hierbij moet je ook rekening houden met de uitgifte prijs. Indien die hoger is dan de terugbetalingprijs dan neem je hierop ook een vorm van verlies. Als een bedrijf je 100 euro terugbetaald maar je heb wel 101 euro moeten betalen om het schuldpapier te kopen, dan moet je al tenminste één euro goedmaken via de coupon. Hoe langer de looptijd nog duurt hoe meer kans dat de coupon dit aankoopverlies nog goed maakt zoals in het voorbeeld.


Obligaties: het motief

Een obligatie koop je om twee redenen. Je koopt het om je geld 5 jaar vast te zetten. Je koopt dus primaire obligaties, die worden uitgegeven door het bedrijf en na de vervaldag betaald het bedrijf je terug. Ieder jaar krijg je de rente en verder kijk je er niet naar om.
De tweede rede is dat je de obligatie koopt omdat je het geld de komende twee jaar niet nodig hebt, alleen de obligatie heeft een langere looptijd. Dit doe je omdat bijvoorbeeld die op vijf jaar een hoger rendement bieden dan die op twee jaar. Je gaat de obligatie dus verkopen op de markt. Die markt werkt net als een aandelenmarkt. Met vragers en aanbieders.
De prijs die je betaalt wordt altijd uitgedrukt in percenten. Een prijs van 100% betekent dat je koopt aan dat bedrag dat je ook gaat terugkrijgen op vervaldag. Een prijs van 110% betekent dat je meer geeft(10%) dan hetgeen je terugkrijgt op de vervaldag. Een prijs van 90% betekent dat je meer op de vervaldag gaat terugkrijgen. Die 100% krijg je dus altijd op vervaldag maar ook alleen op die vervaldag. Op de markten noteren obligaties altijd rond die 100%. Indien je dus de obligaties verkoopt kan je winst en verlies maken.

Obligaties: de prijs

Hoe komt het dat die prijs zo kan afwijken? Terug naar het rendement. De veilige rente is 2%, het bedrijf heeft een AAA rating dus je eist slechts 0,5% risicopremie. De looptijd is 5 jaar waardoor je nog eens 0,5% extra rendement eist. Indien het bedrijf de obligatie uitgeeft aan 100% op de primaire markt dan zal je met een coupon van 3% tevreden zijn. Je krijgt dan na vijf jaar vijfmaal 3% plus één maal 100%. Je hebt ooit 100% betaald dus je rendement is 5 maal 3% oftewel 15%.
Stel nu, dat de rente op overheidspapier daalt. Naar 1%. Iemand die dan de keuze moet maken tussen overheidspapier zonder risico of jouw papier met weinig risico beseft dat hij met jouw papier veel meer rendement gaat kunnen maken. Echter hij heeft jouw papier niet, jij hebt het. Met zijn overheidspapier zal hij na vijf jaar 1,5%  jaarlijks rendement behalen(de looptijd speelt ook een rol bij overheidspapier,de risicopremie is er niet). Jij haalt zoals gezegd 3% jaarlijks rendement. Dat verschil is hoger dan de risicopremie(0,5%) omdat de rentesituatie is veranderd. Normaal gezien gebeurd zoiets niet direct, daar gaat tijd over. Neem nu dat we één jaar na de aankoop zijn van jouw papier. Je hebt dus al eens 3% rente gekregen. Die persoon echter komt nu aanbellen en zegt dat hij jouw papier wilt kopen. Hij is tevreden met 2%(zijn veilige rente plus de risicopremie) dus hij gaat jou meer bieden dan jij betaald hebt voor dat papier. Hij gaat zijn rendement berekenen.

Dit vereist wat rekenwerk en een formule.  Wat je weet is de intrestbetaling, de coupon, en de terugbetalingwaarde, 100%. Je weet ook hoeveel rendement je wilt, 2% in zijn geval. Je weet niet hoeveel je wilt betalen voor de obligatie. Dat speelt dubbel, alles wat je meer betaalt krijg je niet terug op vervaldag, maar alles wat je meer betaalt weeg ook op je rendement. Een meerbetaling van 1% haalt op vijf jaar je rendement 0,2% naar beneden(1%/5). Zijn looptijd is nog maar 4 jaar, er is namelijk al een coupon betaalt. Als hij dus 1% meer betaalt dan zakt zijn rendement met 0,25%(1%/4).
Er zijn dus twee hefbomen bezig. Enerzijds moeten de coupons een verlies ophalen, anderzijds daalt het rendement van de coupon. Ook al blijft deze coupon in euro’s gelijk. Ik zeg dit maar om de theorie te snappen, in feite moet je gewoon alles invullen in volgend model.
 
P is de waarde van de obligatie
C is de coupon
i is de intrest die je wenst
M is het bedrag dat je krijgt op vervaldag
N is het aantal termijnen dat je nog coupon krijgt

Hier zit dus alles in. De P zoeken we, de C weten we. Die is 3% of dus 3 euro. De intrest die je winst is 2% op jaarbasis. M weten we ook, je krijgt 100% terug op vervaldag of 100 euro. En het aantal termijn, N, is vier. Vul alles in en je kent de waarde. Deze komt uit op 103,8%. Dat wilt dus zeggen dat je 103,8 euro gaat betalen, 100 euro gaat terugkrijgen en ieder jaar 3 euro intrest.

Simpel gesteld, als de rente daalt op veilig papier dan stijgt de waarde van alle nog lopende obligaties. Indien ook de risicopremie daalt, omdat het bedrijf veiliger wordt bijvoorbeeld, stijgt ook de waarde van de obligatie. Indien je koopt op de primaire markt met de bedoeling om op de secundaire markt te verkopen kan je hierop inspelen. Echter het speelt ook omgekeerd.

Obligatie: de risico’s

Nieuwe uitgiftes van obligaties gaan altijd rekening houden met de huidige risicovrije rente. Ze gaan dus altijd een lager rendement aanbieden. Recent gaf AB Inbev een obligatie uit die niet veel meer opbracht dan een staatsbon met dezelfde looptijd. Er bestaan al obligaties die geen positief rendement meer behalen. Met andere woorden mensen die vandaag obligaties kopen zowel primair als secundair stellen zich bloot aan een risico, namelijk een rentestijging. Indien de rente stijgt dan daalt de obligatie in waarde. Indien je dus vandaag een obligatie koopt die 2% rendement geeft, exact de risicovrije rente, en die risicovrije rente stijgt naar 3% dan gaat je obligatie dalen. Dat is geen probleem indien je ze bijhoudt tot vervaldag, dan krijg je altijd 100%. Maar indien je vroeger moet verkopen kan je jou verlies doen.
Omgekeerd, je koopt vandaag een obligatie aan 110% van de waarde. Je doet dit omdat deze nog altijd een positieve rente geeft indien je ze bijhoudt tot vervaldag. Als echter de rente gaat stijgen dan zal jouw obligatie in waarde dalen. Indien je ze niet verkoopt geen probleem, je zal nog altijd je rendement behalen. Echter je rendement zal lager zijn dan had je op dat moment een nieuwe obligatie gekocht.

Simpel gesteld, men moet obligaties kopen als de rente hoog is en men moet ze verkopen als de rente laag is. Wat zien we echter? Het omgekeerde!

De Belg spaart verkeert

In 2012 heeft de Belg volop geld gestopt in obligaties van bedrijven als CFE, Kinepolis, AB Inbev, Omega Pharma, Delhaize, ... . Al die obligaties hebben een looptijd van vijf jaar en meer. De obligaties zijn uitgegeven in een periode van lage rentes. Het maakt niet uit of je obligatie weinig of veel rente geeft op moment van uitgifte. Dit is het gevolg van de risicopremie bovenop de risicovrije rente. Indien deze risicovrije rente gaat stijgen gaat je risicopremie niet automatisch dalen. Met andere woorden, het vereiste rendement op deze obligaties gaat stijgen en gaat boven de coupon komen te liggen. Deze obligaties gaan dus in waarde dalen. Veel van deze obligaties zijn reeds uitgegeven boven pari, boven dus de terugbetalingwaarde. Wederom als je blijft zitten maakt dit niets uit. Maar is dit zo verstandig?
Veel van die obligaties gaven op moment van uitgifte een rendement onder de inflatie of niet al te veel erboven. Stiekem zal de investeerder gehoopt hebben om deze obligatie te kunnen verkopen met een meerwaarde. Deze meerwaarde kan er alleen maar komen indien het vereist rendement daalt, dus als de risicopremie daalt of de risicovrije rente. Op dit moment zal de rente nog een tijdje laag blijven maar er is het sterke vermoedden dat ergens in 2014 de rente gaat beginnen stijgen. En dan zakken de obligaties in waarde.

Een voorbeeld
 

We gaan terug naar die obligatie van Hofman en Co, deze geeft een coupon van 4% en loopt 5 jaar. De uitgifte is gelijk aan het bedrag dat je krijgt op de vervaldag. In toestand 1 is de obligatie goed gewaardeerd. Dit is bijvoorbeeld vandaag. Binnen dit en 12 maand krijg je de eerste coupon. Wat nu als volgende maand de ECB de rente verhoogd? Of als overheidsobligaties meer rente gaan geven? In de tabel zie je wat er gebeurd. De obligatie daalt telkens in waarde.

Conclusie

Obligaties aanhouden van dag 1 tot de terugbetaling is nog altijd veilig. In die zin, die risico’s zijn bekend bij de mensen. Echter obligaties aanhouden niet met het idee ze lang bij te houden, of obligaties vandaag kopen op de secundaire markt, dat houdt risico’s in waar mensen niet bij stil staan. De waarde van je obligatie staat dan niet vast in steen en kan net zoals bijvoorbeeld aandelen dalen. Let hierop.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten