Beleggen in
aandelen
Een aandeel
is een bewijs dat je deel uitmaakt van het kapitaal van een bedrijf. Ieder
bedrijf heeft aandelen en ieder bedrijf heeft eigen vermogen. Het bedrijf
gebruikt dat vermogen om producten of diensten te leveren aan klanten. Indien
het bedrijf winst maakt behoort deze winst toe aan de aandeelhouder. Indien het
bedrijf verliest maakt dan behoort de verlies toe aan de aandeelhouder. Bij bedrijven die beursgenoteerd zijn is het
mogelijk om dag in dag uit deelbewijzen van het bedrijf te kopen. Dit gebeurd
op de beurs via een systeem van vraag en aanbod. Mensen die aandelen bezitten
van een bedrijf bieden hun aandelen te koop zodat mensen die kunnen kopen. Het
is de verkopers vrij om te vragen wat ze willen en het is de kopers vrij om te
geven wat ze willen. Dit creëert natuurlijk problemen maar ook kansen. Beleggen
is om het simpelweg te stellen het correct inschatten van de waarde van een
aandeel, het aandeel dan proberen te kopen en het later weer te verkopen. Je
gaat er dus van uit dat iemand het aandeel ondergewaardeerd verkoopt en iemand
het later overgewaardeerd koopt. Het spreekt voor zich dat de theorie mooier is
dan de praktijk. Niemand, maar dan ook niemand, kan de exacte waarde van een
aandeel bepalen. Vergelijk het met de aankoop van een wagen. Een Mercedes
betaal je duur omdat je kwaliteit in de plaats hoopt te krijgen. Toch bestaat
er een kans dat jouw Mercedes sneller kapot gaat dan de Lada van de buur. Dit
kan ook met aandelen gebeuren.
Fundamentele
analyse
Toch is het
mogelijk om een prijs op ieder bedrijf te plaatsen. De meest aangewezen manier
hiervoor is de zogenaamde fundamentele
analyse. Hierbij worden er allerlei financiële parameters losgelaten op
het bedrijf. De meest bekende is de koers/winstverhouding. Hierbij wordt
gekeken hoeveel winst het bedrijf per aandeel maakt. Laat ons binnen deze
gehele uitleg werken met één fictief bedrijf, Hofman en Co, dat een industrieel
conglomeraat is. Stel nu dat Hofman en Co 1 miljoen uitstaande aandelen heeft,
dat wilt zeggen het kapitaal bestaat uit één miljoen aandelen. Heb je één
miljoen aandelen in bezit dan is het bedrijf van jou. Dit bedrijf maakt winst,
stel tien miljoen euro in 2010. Dan is de winst per aandeel simpel te
berekenen: winst delen door totaal aantal aandelen oftewel 10 miljoen delen
door één miljoen wat 10 euro geeft. De winst per aandeel is 10 euro. Dat wilt
zeggen dat iedere aandeelhouder recht heeft op 10 euro.
Het aandeel
Hofman en Co staat genoteerd op de beurs en de laatste slotkoers was 100 euro.
Hoe komt men nu aan dit bedrag? Simpel de koers/winstverhouding is het delen
van de koers(100 euro) door de winst per aandeel(10 euro) wat ons in dit
voorbeeld 10 geeft. Men betaald dus tien keer de winst per aandeel. Wat zegt
dit getal nu?
Niets.
Indien het aandeel morgen stijgt naar 110 euro dan betaald men plots 11 keer de
winst. Stel dat het aandeel zakt dan betaald men plots nog maar 9 of zelfs 8
keer de winst. Toch is de K/W(koers/winstverhouding) belangrijk. Want je kan
deze omdraaien. Ik geef 100 euro voor een aandeel, hoelang zal het duren
alvorens het bedrijf die 100 euro heeft terugverdiend. Ik heb recht op 10 euro
winst, indien ze dit 10 jaar lang aanhouden verdien ik mijn investering terug
op 10 jaar. Dit geeft een rendement van 10% per jaar. Vergelijk dit maar eens
met uw intrest op een spaarboekje.
Om deze
simpele reden wordt alles tussen de 10 en de 12 keer de winst als goedkoop
aanzien. Het rendement ligt hoger dan een spaarboekje.
Echter
indien dat een goede graadmeter is, waarom stijgt of daalt de beurskoers dan?
Om te beginnen, de winst kan ook stijgen of dalen. Indien het bedrijf geen 10
miljoen euro maar slechts 5 miljoen euro winst maakt vanwege de financiële
crisis dan is die 100 euro per aandeel plots 20 keer de winst. Wat dan weer als
duur wordt gezien. Het aandeel zal dus zakken, tot neem nu 60 euro per aandeel.
Anderzijds kan het bedrijf ook groeien. Bij de K/W is de grote onbekende altijd
de winst. Niemand kan de winst voor het volgende jaar correct voorspellen. Toch
is het interessant om deze te weten. Stel dat ons bedrijf binnen dit en vijf
jaar zijn winst kan verdubbelen, en dus 20 euro per aandeel winst maakt, dan
zal het aandeel zeker en vast ook verdubbelen. Wat vandaag goedkoop is, kan
morgen duur zijn en omgekeerd.
De ideale
K/W bestaat niet. Tijdens de economische crisis maakten heel wat bedrijven
verlies, het was dus onmogelijk om de K/W te berekenen, de aandelenkoersen
zakten natuurlijk wel maar geen enkel aandeel werd voor nul euro verkocht. Ook
een winstdaling hoeft niet altijd te leiden tot het dalen van de beurskoers.
Bij cyclische bedrijven is het normaal dat de winst af en toe eens zakt. Bij
fundamentele analyse is het dan ook belangrijk om te kunnen inschatten wat het
bedrijf doet. Hierover later meer.
De Koers/Boekwaarde
Een balans
van een bedrijf is net zoals de resultatenrekening dagelijkse kost voor iedere
belegger. In het begin zijn dit allemaal nietszeggende cijfertjes, getallen die
je moeilijk kan inschatten. Voor de aandeelhouder is de afdeling "eigen
vermogen" van tel. Dit is al het kapitaal dat ooit door aandeelhouders in
het bedrijf is geïnvesteerd alsook al de overgedragen winst of verliezen uit
vorige jaren. Bij ons bedrijf Hofman en
Co komt dit neer op 15 miljoen euro. Om dan de boekwaarde per aandeel te
krijgen deel je dit bedrag door het aantal uitstaande aandelen, we komen zo op
15 euro per aandeel. Indien het bedrijf al zijn activa(gebouwen, meubels en
producten) verkoopt en al zijn schulden afbetaald dan blijft de boekwaarde in
theorie over. Indien het bedrijf dus de boeken dicht doet zal je als
aandeelhouder die 15 euro krijgen. Stel dat we inderdaad hadden gekocht aan die
100 euro dan hadden we maar liefst 6 keer de boekwaarde betaald. Dit is heel
erg veel. De regel hierbij is meestal dat bedrijven die zeer defensief zijn van
karakter, en dus zelfs in de meest erge economische omstandigheden winst kunnen
maken, altijd ver boven de boekwaarde noteren. Bedrijven die immers verlies
maken zien de boekwaarde iedere dag dalen. Ten tijde van een slecht economisch
klimaat is de boekwaarde interessant om naar te kijken. Het vormt een soort van
kussen onder de koers.
Enterprise
Value/EBITDA
Tijd voor
wat termen. De EBITDA staat voor de inkomsten voor intresten, taksen en
afschrijvingen. Ieder bedrijf maakt schulden en moet belastingen betalen. Toch
behoort dit niet tot de vaste kosten van een bedrijfsproces. Stel dat je een
bedrijf overneemt en daarna alle schulden wegsaneert, hoeveel hou je dan over.
Dit is de EBIT. Ons bedrijf Hofman en Co neemt een concurrent over omdat we
toch voldoende cash hebben. Onze concurrent heeft een nettowinst van 500.000
euro en betaald ieder jaar 50.000 euro intresten af. Wij hebben voldoende cash
om al deze leningen terug te betalen, hierdoor stijgt de nettowinst haast automatisch
met 50.000 euro, 10 % meer winst. Ook taksen kunnen over de landsgrenzen heen
verschillen.
Afschrijvingen
is een boekhoudkundig principe. Indien je een activa koopt zal je dat ieder
jaar een stukje afkorten tot deze activa op nul staat in de balans, dit
afschrijven gaat via de nettowinst af van de passiefzijde van de balans. Indien
dit Chinees klinkt, geen probleem. Je koopt een wagen, voor stel nu 50.000
euro. Je betaald dit met cash en daarmee is de kous af. Deze wagen staat nu op
jouw balans, maar als je die wagen zou willen verkopen zal je na één jaar er
geen 50.000 euro meer voor krijgen. Deze wagen moet dus van de balans
verdwijnen of alvast zijn waarde zien verminderen. Daarom schrijven we elk jaar
10.000 euro af tot na vijf jaar de wagen boekhoudkundig niets meer waard is.
Dit gebeurd
ook met gebouwen en machines, de praktijk leert echter dat deze altijd wat
waarde overhouden. Bedrijven die veel nieuwe fabrieken bouwen moeten veel
afbetalen, dit weegt op hun nettowinst terwijl deze fabrieken net veel
economische waarde en potentieel verantwoorden. Daarom dat analisten de termen
EBIT en EBITDA vaak gebruiken in plaats van de nettowinst. Omdat de EBIT of
EBITDA niet rechtstreeks toebehoort aan de aandeelhouder, aangezien de
belastingen en intresten wel moeten worden betaald, worden deze twee termen
gebruikt in het berekenen van de totale waarde van de onderneming.
De waarde
van een onderneming is hetgeen men wilt betalen voor het bedrijf, de
kapitalisatie dus. Dat wordt eenvoudig berekent met de koers maal het aantal
uitstaande aandelen te doen. Wij hebben 1 miljoen aandelen aan 100 euro, of 100
miljoen euro om Hofman en Co over te nemen. Indien we als bedrijf geen schulden
zouden hebben was de enterprise value ook 100 miljoen euro. Stel nu dat we 10
miljoen euro schulden hebben. Deze schulden moeten ook na een overname worden
betaald, de overnemer betaald dus 110 miljoen voor ons bedrijf.
Onze
nettowinst was 10 miljoen, onze EBIT is echter 11 miljoen en onze EBITDA is
maar liefst 15 miljoen euro. De overnemer betaald dus 10 keer de nettowinst, 9
keer de EBIT en 6 keer de EBITDA. In theorie heeft de investering zichzelf
terugverdiend op 6 jaar. Of bijna dubbel zo snel dan als je rekent met de K/W.
Dividend
De koe voor
de melk, de kip voor de eieren en het aandeel voor het dividend. Een bedrijf
kan besluiten om geld te geven aan zijn aandeelhouder. Meestal komt dit vanuit
de winst per aandeel. Dit is de pay out ratio, hoeveel % van de winst wordt er
uitgekeerd aan de aandeelhouder. Het dividendrendement is het dividend delen
door de koers. Globaal gezien liggen de dividendrendementen rond de 3%. Alles
boven de 5% wordt gezien als zeer aangenaam en zelfs hoog. Bij dividend ligt de
nadruk altijd op de duurzaamheid van het dividend. Banken betaalden jarenlang
mooie dividenden, tot ze plots geen winst meer maakten en hun dividend
schrapten.
Conclusie
De
fundamentele analyse vertrekt vanuit de cijfers, de jaarverslagen van het
bedrijf. Het resultaat zijn echter getallen, verhoudingen die slechts
indicaties geven. Er is nog altijd nood aan gezond verstand om deze
verhoudingen te analyseren. Daarom is oefening de beste manier. Indien er
interesse naar is kunnen we hier samen eens een paar bedrijven analyseren. Bij
voorkeur bedrijven uit verschillende sectoren. Daarom misschien een opdracht,
zoek een bedrijf dat je kent en zoek daarvan een jaarrekening op. Haal de
nettowinst, de EBIT en de bedrijfscashflow uit de winstrekening, zoek de
hoeveelheid cash en de schulden en het aantal uitstaande aandelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten