Het is niet al goud dat blinkt

Het Franse bedrijf, die nog altijd gedeeltelijk in handen is van zijn oude
moeder GDF Suez, is actief in twee sectoren: het zuiveren van water en het
recycleren van afval. Het zijn twee activiteiten met elk een eigen dynamiek.
Laat ons beginnen met de divisie die echt interessant is. Het maken van dat
blauwe goud. Water is een strikt gereglementeerde sector waarbij de overheid
een belangrijke rol speelt. Het bedrijf is actief in twee belangrijke landen
namelijk Spanje en Frankrijk. Dat Spanje in crisis is zorgt voor veel kopzorgen
bij de bedrijven maar niet bij Suez Environnement. Het Spaanse filiaal, Agbar
genaamd, blijft groeien als kool. De reden is dat veel van de contracten voor
de lange termijn worden afgesproken met de overheid. En water drinken en
vervuilen doen mensen altijd. Koppel dit aan het gegeven dat Spanje een
achterstand heeft en het bedrijf heeft een mooie toekomst. Frankrijk is een
ander verhaal, daar is er een sterke competitie en is de waternood minder acuut
maar ook hier geldt de stelregel dat water een veilige business is.
Maar omdat een veilige haven alleen niet voldoende is vaart
hun schip ook richting andere markten dan Spanje en Frankrijk. Zo zijn er
bloeiende wateractiviteiten in allerlei landen waar water echt meer waard is
dan olie. Niet alleen het Midden-Oosten maar vooral Australië is de groeimarkt
voor dit bedrijf. Ze hebben een voorsprong in osmose en bouwen een destillatie-installatie
om 30 jaar lang 450,000m³ water te produceren.
Afval stinkt niet altijd
Die andere divisie is meer onderhevig aan de economische
cycli. Het ophalen en verbranden van

afval werkt vaak met vaste contracten en
is minder onderhevig aan fluctuaties maar het recycleren van afval kent wel op
en neer bewegingen. De metalen die het bedrijf haalt uit het afval worden
verkocht aan prijzen onderhevig aan de markten. Indien het goed gaat zijn deze
metalen meer waard en is er ook meer vraag naar afvalverwerking. Ook hier
probeert het bedrijft groei te zoeken in nieuwe markten maar het moge duidelijk
zijn dat magere economische jaren wegen op de omzet en de winst van deze
divisie. En de divisie is nog altijd goed voor 50% van de omzet van Suez Environnement.
Het merendeel van de winst komt uit de wateractiviteiten waar de marges hoger
liggen. Het bedrijf doet het degelijk en legt al enkele jaren mooie
groeicijfers voor, hetgeen ook nodig is aangezien het bedrijf heel wat schulden
heeft. Deze schulden zijn, niet alleen, het gevolg van een overnamebeleid of te
veel risico's maar gewoon standaard voor dit type bedrijven. Het bouwen van
zuivering en recyclage installaties kost handen vol geld. Het bedrijf
investeert standaard rond de 1,5 miljard euro per jaar, hetgeen niet veel
minder is dan de ongeveer 2 miljard euro operationele cashflow. Investeren is
echter positief, ieder nieuw project brengt nieuwe omzet mee.
Risico's brengen risico

Dat investeren kan soms slecht aflopen. Melbourne, het
monsterproject dat daadwerkelijk de nodige omzet kan meebrengen voor Suez
Environnement, heeft al enkele afschrijvingen achter de rug alvorens men kan
gaan oogsten. En als dan ook nog eens de prijzen dalen dan kan de zonneschijn
snel verdwijnen achter de wolken. Dus kwam het bedrijf met een update. Suez
Environnement heeft de, goede, eigenschap om duidelijk aan te geven wat ze
verwachten van het komende jaar. Hoeveel omzetgroei ze willen, hoeveel marge ze
willen en zo verder. Maar afgelopen week kwam dan plots de boodschap. De
doelstellingen zullen niet gehaald worden. Er wordt voor nog eens 85 miljoen
euro afgeschreven op Melbourne en nu ook nog eens 60 miljoen euro op een ander
belang in een Italiaans bedrijf. De reden ligt duidelijk bij de economische
problemen. De omzet en EBITDA gaan niet groeien in 2012 ten opzichte van 2011
maar stabiliseren voor Suez Environnement. Die omzetteleurstelling is niet het gevolg van
de wateractiviteiten maar de afvalafdeling. Hier ziet men een daling in de
volumes van ongeveer 4%, mede hierdoor zal men 100 miljoen euro minder
investeren. Toch een duidelijk teken dat men niet al te hoopvol is voor de
toekomst.
Het financiële plaatje

Met een stabilisatie van de omzet en de EBITDA noteert het
bedrijf aan ongeveer 5,21 keer de Enterprise Value en ongeveer 8,5 keer de
winst. Het dividend, dat behouden zal blijven, geeft een rendement van ongeveer
5% netto. Dus qua waardering is op dit moment het bedrijf goedkoop, zelfs
zonder groei dit jaar. Als de economische toestand nog achteruitgaat natuurlijk
verandert dit plaatje. Op lange termijn echter moet vooral gekeken worden naar
de groeimogelijkheden die er echt wel zijn in het watergedeelte alwaar de groei
zelfs nu blijft. Dit maakt het bedrijf heel aantrekkelijk voor de lange
termijn. Het probleem ligt hem vooral bij de al bij al hoge schulden. Met een
verhouding van 3 keer de EBITDA ligt dit op het randje en de groei moet komen
van investeringen die ook weer handenvol geld kosten. Vandaar ook het hogere
risico bij dit bedrijf. Maar onder en rond de 8 euro is dit aandeel een koopje.
Ergens opsluiten in de kast en pas binnen tien jaar nog eens naar kijken.
Read more ...